Zo ineens als een duveltje uit een doosje. Ri komt binnen met de post en ineens zeg ik: “Kijk die komt uit Aalten”. “Hoe weet jij dat nou?” is dan haar vraag. Ja zo ineens zie ik het. Herken het handschrift. En de geschiedenisweg van mensen die ons levenspad ooit hebben gekruisd, komt zomaar voor mijn geestesoog. En het klopte als een bus.
Zo wordt de mens geconfronteerd met zijn of haar verleden. Verledentijd die in de tegenwoordige tijd je nog wel eens rauw op het dak kan vallen. Valt hier overigens best mee. We hebben ons schriftelijk laten voorlichten over de gang des levens van hen die wij ooit ontmoetten. En zo blijf je bij bij wat is geweest en wat er van geworden is. Wonderlijke speling van het lot der mensheid. Ik zit erbij. Ik lees de brief. Ik zie de gezichten en hoor de stemmen terwijl ik nietsa anders voor mij heb dan een simpel stukje briefpapier. Verklaar mij de loop der dingen en dan ga ik vanzelf wel zingen over het lot dat wij elkaar hebben ontmoet. Maar snappen hoe die geest nu werkt? Ik dacht en denk het niet. Ver weg en toch heel dichtbij. De e-mail maakt alles nog sneller inzetbaar om de gedachten in de loop van de tij te doen teruggaan. Als ik daaraan denk dan denk ik: dat hadden we met elkaar nooit en te nimmer kunnen voorzien. Wie weet wat ons nog te wachten staat. Ver is dan wel weg. Het licht wellicht ver in het verschiet of misschien ook wel niet.