‘t Jonge, Harms, wat kun jij sip zitten te kijken’. Wapse was er gewoon verbaasd van. Dat kon je zo aan zijn stem horen. En hoewel het redelijk stil was in café de Gulle Gaper, was de verbazing in de stem van Wapse duidelijk hoorbaar.
Harms zuchtte maar eens. Hij was natuurlijk ook echt depri, zoals ze dat tegenwoordig noemen. ‘Geef mij maar een bakkie troost, Japie, en geef Wapse ook maar een’. Och, zo beroerd gingen de mannen nu ook weer niet met elkaar om. Ze dronken hun koffie. Ze snoven hun koffie geurtjes, ze zwegen hun woorden.
Schele japie zag wel dat er ook wel wat aan scheelde. Harms was duidelijk niet in een best humeur. Gek eigenlijk, want hij kon redelijk snel weer inzien dat een glas halfvol was en nooit half leeg. Japie schudde een beetje verbaasd zijn hoofd. Neen, zo kende hij Harms niet. ‘Kan ik je misschien helpen ergens mee?’ vroeg Wapse. Harms hield zijn hoofd eens scheef. ‘Ach weet je Wapse, Krijn heeft mij een poets gebakken. Ik kan wel tegen een geintje hoor, maar in dit geval vind ik dat Krijn het wel een beetje erg heeft gemaakt. Kijk, Krijn ken ik al wat langer en is tot veel in staat, dat moet ik ook wel zeggem, maar soms is het zo’n… nou ja, laat maar’. ‘Komaan, ik moet effe naar de doos, en Japie, doe dan maar even een gerstenatje, ja, ook voor Wapse’. Harms was kennelijk al weer over zijn droeve bui heen.
Japie kwam aangescharreld met zijn dienblad. Beide heren keken elkaar eens aan. ‘Proost, zei Wapse. ‘Ja, drinke ze maar,’ zei Harms. Weer zwegen ze. ‘Wat heb je nu toch met die Krijn, man, ik dacht dat jullie mekaar wel lagen?”. Wapse werd er en beetje ongeduldig van. ‘Nou, jong, ik kreeg dit mailtje van hem”, zei Harms. Hij greep in zijn binnenzak en liet het volgende mailtje zien:
Ja Harms, Krijn even op de vingers tikken, nou je krijgt een tik terug hoor.
Wat ik nu in het cafe van schele Japie aan de bar hoorde nou, ik wil daar de zeg man niet van wezen.
Maar dat Harms een goed schrijver is daar zijn waren we het allen over eens , en dat hij naar het boekenbal was uitgenodigd , dat konden zijn vrienden ook nog wel hebben.
Zo zijn ze ook weer, maar om in een overmoedige bui de fiets uit balorigheid over de brug gooien, toen hij naar huis ging, dat kan niet Harms.
Dan doe je net als Rijk de Gooyer met zijn gouden kalf.
Wimpje van zwarte Anneke was er danig van in de war toen hij dit zag gebeuren.
Ja Ja, hoe nu verder met je fietsje? of doen we net of we nergens van afweten?
Groeten Krijn van Ostende.
En weet je, hij deed er ook een foto bij, kijk maar…..
Fluks drapeerde Harms het mailtje weer in zijn binnenzak..