Pieter Hoeksma

De beslommeringen van een ligfietsende levensgenieter

Leerdienst

De gemoedstoestand van dit heerschap was kennelijk tot grote diepte gedaald. Het stormde. Buiten en een beetje binnen.
Nu nog zweetvoeten en dan zit ik ook al niet meer okselfris in het huis des Heeren.
Zo stiefel ik mijn gang uit. Schreden zettend naar het godshuis in het midden van ons dorp.
’t Zal wel weer wat wezen. Mijn gemoed stak ik maar even weg onder de mouwen. Waar is het “blij vooruitzicht dat mij streelt?” “Leerdienst”. Niet echt uitnodigend. Nog even en dan wordt het een leesdienst. ’t Zit me wat tegen een hoek waaruit ik dacht te zijn ontkomen.
Je zou bijna jezelf vergelijken met dat hijgende hert, maar dit is misschien een woordspeling die zou leiden tot herrie in de tent. En ik zit niet in de tent. ’t Stormt.

Ja, ik weet dat onze predikheer er wel werk van maakt.
Ik weet dat ik veelal niet bedrogen uitkom.
Ik weet dat er op en aanmerkingen komen die mij opmerkelijk voorkomen.
Ik kan alleen niet voorkomen dat de “uitnodiging tot deelname aan het meemaken van een “leerdienst” “ nu niet iets is waarover de moderne media en communicatieadviseurs hun loftrompet zullen toeteren. Aan zo’n zin ook niet trouwens.
Ik kwam echter niet bedrogen uit. En ik wil – bescheiden en op mijn eigen eigenwijze die loftrompet toeteren.
Ik kan niet toeteren.
Maar al doende leert men. En ik ben niet voor niets in het “leerhuis” binnengetreden. Een echt opstekertje. Voor mannen en vrouwen.
Emancipatie is bijbels.
Is zelfs best wel krachtens de scheppingsorde.
Wat een verhaal. Wat een leermomenten. “Herrie in de tent. “ “Eén man en één vrouw en anders wordt het een rommeltje…”. Jazeker, het Hooglied. Wat komt er al niet voorbij. Man en vrouw gelijkwaardig, wauw. Wat een schitterende uitleg. Zo op een koude en winderige, stormachtige zondagavond.

Met mijn gemoed onder de arm stiefelde ik naar de plek van de leerdienst.
Met een loftrompet stier ik naar huis.
Heb je het gehoord?
Mooi he?

Ik toeter.
Het van de daken. Ik toeter het door het wereldwijde web. Weet je: je kan het nog terugluisteren ook. Op www.hervormd- harmelen.nl, avonddienst 13 oktober 2013.
Gaaf. Vertel het aan de mensen. Ook goed voor jong en oud. Solidariteit van en voor oud en jong.
Mijn gemoedstoestand. Opgetild uit de diepte.
Buiten, ja daar stormt het.
Leerdienst. Ik heb er weer best veel van opgestoken. Wat een opsteker. Wanneer is de volgende?
Het was dus eigenlijk een goeie ouwe dag…vandaag.

Het koor is een braam

Ach lieve tijd, begint het weer. Een tijdje geleden had ik duidelijk aan de koorleden uit de doeken gedaan dat een koor het beste kon worden vergeleken met een kroket. Nog na sudderend in de gebakken olie, of misschien wel een beetje in de olie, loop ik vandaag met mijn hoofd in de wolken.
Wat hebben we immers een mooi concert gegeven. Zeker, samen met het NCM, maar toch.
En dan komen alle gebakken peren, obstakels en hindernissen je ineens zomaar helder voor de geest.
De gebakken lucht van kroketten was eigenlijk ver van me verwijdert. We hebben ze immers best bruin gebakken daar in Woerden.
Maar kennelijk hebben ze in Woerden niet goed begrepen hoe mooi het was.
Weer helemaal niks in de Woerdense Courant. Nou ja, ’t is geen bulder-geschreeuw (wat ze tegenwoordig muziek noemen). Ze missen waarschijnlijk het “echte culturele gevoel.” ‘k Had er flink de dampen in, zoals ze dat in goed Nederlands zeggen. Tenminste op de Veluwe. Cultuurbarbarisme, dat soort gedachten spookten ineens door mijn hoofd. ‘t Zal wel komen omdat er iemand de laan is uitgestuurd. Of te wel: gemiste kans.
Hoe dan ook, die kroket smaakte me even niet. Word ik echter van “bovenaf” even op de vingers getikt.
Ik hurk neer. Een pracht van een braam. Het zonlicht bescheen het wondere vruchtje. En ineens zag ik het. Het koor is gewoon een braam. Eerst moet het rijpen. Maar dan is er een fantastische vrucht.

Het koor is een braam

De “glimlach” van God.

Zo lekker, dat smaakt naar meer. Ja, als je het ziet en proeft, dan pas heb je het eigenlijk door. Zo’n vrucht moet ook langdurig rijpen (oefenen en nog eens oefenen) en dan ineens: proef het, het smaakt naar meer! Als ze dat bij een krant niet door hebben, wij hier wel. En allen die er waren ook! Dat dan weer wel.
De braam is op die manier eigenlijk een beetje een “glimlach van God”.
Morgen stap ik monter naar de repetitie. Bramen eten….

Het gesprek

We kwamen elkaar tegen. Op de septembermarkt. Er was een Bom gelegd. En de belangen van de inwoners, tja, ze leken verkwanseld te worden in het politieke gewoel.
Neen, daarover behoefde ik mij geen zorgen te maken. Immers, ze waren er. Voor alle inwoners. Dat VVD en PvdA in de politieke koude barometerstanden geen medestanders waren, mocht duidelijk zijn. Zelfs D66 laten ze een blauwtje lopen. Kille tijden zijn het.
Leuk om dan de vergelijkingen te maken. Politieke dwaallichten die tikkertje en krijgertje spelen in de politieke doolhof die “Den Haag” heet. Vergenoegd van zoveel kennis zei de kennis “da’s een goeie”. Maar zeg nu zelf, de lijder van de PvdA heet tegenwoordig Rutte en van de VVD heet Samsom. Lijdzaam werd de blik door omstanders getrokken over zoveel politieke geanimeerdheid. Ach, ik meen gelezen te hebben dat politici kennelijk toch ook waarheid spreken. Iemand heeft getweet dat zowel Samsom als Rutte als politici de waarheid spraken.
Samsom noemde Rutte een ramp voor het land en Rutte noemde Samsom een ramp voor de economie. Tja, ik bepaal niet wie er gelijk heeft. De journalist/tweeter of de politici .

‘k Zou (bijna)zeggen: In die politieke doolhof zijn ze de Weg kwijt.

We namen afscheid.
Een folder was mijn deel.
Ik kijk naar de folder: er is ruimte. Voor het aandragen van “ Ideeën, opmerkingen of reacties”.
Had ik mij bij een andere stand gewaagd dan weet ik zeker dat ze daar wat ballonnetjes hadden opgelaten.
Opgelaten heb ik het veld geruimd.

De dominee en de ligfiets

“Wat een figuur hé, die Harms. Blijkt die ineens zijn ligfiets aan de wilgen te hebben gehangen.”
“ Wat, neen, dat meen je niet Wapse” zei Krijn. “ Wel Krijn, het staat gewoon in het kerkblad. Hij heeft de ligfiets beschikbaar gesteld aan de bedienaar van het Woord. “ Heftig knikte Wapse nu als onderstreping dat het hem echt ernst was. “Of ik het heb gehoord? “ Krijn keek wat verbaasd naar Wapse. “Waar heb je het toch over, ik ben een beetje hardhorend.”
Wapse keek Krijn eens diep in de ogen. “Gaat het eigenlijk wel goed met je Krijn? Ik zeg..” “.Ja, ik weet wel wat ik doe” . “Neen, man, gaat het wel goed met je?”

“Zei je wat? Ik ben een beetje doof”.
Krijn had nu zijn handen als een ouderwetse hoorn om zijn oorschelpen geslagen. Ineens begreep Krijn nu dat het over Harms ging. “Oh ja, Harms heeft zijn ligfiets aan de dominee gegeven . Dan kan die daar vast flink mee oefenen. Harms heeft er twee van man, en hij vond het wel een goed idee dat er wat vaart werd gemaakt met het evangelie”. Krijn knikt nu ook voldaan naar Wapse.
“Maar Krijn, jongen, die Harms is toch eentje die nogal op de penning is? Dan geef je toch niet zomaar een ligfiets weg?”
Krijn kijkt nu wat beteuterd. “ Wapse, man, Harms is echt de beroerdste niet. Die gunt een ander best wel wat. Die gaat uit van het oorspronkelijk gegeven dat als je er ergens twee van hebt, je er eentje weg kunt geven”. “Hem kennend, zal ie wel een huurovereenkomst hebben gesloten met die woordbediener”, zei Wapse.
Beide mannen verzonken nu in diep gepeins. Wapse keek eens naar Krijn. Krijn staarde als wat oudere man nu in de verre verte. “Zeg Krijn, meen je dat nu? Heeft ie echt een ligfiets…”
“Oh ja, want die dominee schreef erover in het kerkblad. Moet je ook lezen man. Aardige artikelen staan er in. Die dominee gaat zelf een ligfiets aanschaffen. Harms zal hem wel helemaal hotel de botel hebben gemaakt. Maar kijk, daar komt Harms aan, zullen het meteen maar eens vragen”.

Niet veel later kwam Harms aangesneld. Op zijn ligfiets. ” Zo mannen, genieten van de mooie zomeravond? Niet gek, zullen we maar een bak leut nemen?”

Schele Japie had het hele gebeuren waargenomen. Als echte pompbediende had hij zich vandaag wat op de achtergrond gehouden. Drukte genoeg met die mooie zomeravonden. In café de Gulle Gaper waren vandaag al zoveel toeristen voor een watertje of likeurtje geweest, dat Japie voor de rest van de maand al binnen was. En die hele verhalen over dominees, nou Japie kon die af en toe wel even ‘schieten”.

Toen de vrienden dan ook koffie bestelden was Japie er als de kippen bij. Dat werd een avondje “slagroom op de omzet”. Hij grinnikte, hij zou ze wat extra leuterwater geven. Goed voor een extra bestelling.

“Proost, manne, lekkere bak, Japie!” Harms kon het zeggen alsof een engeltje over zijn tong pieste. Maar dat vond Harms van de vers gezette koffie van Japie ook. De mannen roerden, Wapse keek schielijk naar Krijn. Krijn was opnieuw wat verstrooid. De wereld vol van geluid ging aan hem voorbij. Maar de nieuwsgierigheid van Wapse was als zware transpiratielucht voor een goed waarnemer wel te merken. Harms had al wel gezien dat de vrienden flink aan de babbel waren geweest. Peizend stak hij een sigaret op. Hij zou de heren wel eens laten zweten al had hij geen benul waar ze met elkaar over in de slag waren geweest.

“Zeg, Harms, is het waar dat jij een fiets aan de dominee hebt gegeven?”. De vraag spatte als een vette flodder over de tafel. Wapse was niet meer te houden. Hij keek eens naar Krijn. Wat deed die nu weer? Hoofd helemaal schuin, beide handen als toeters om zijn oren alsof hij verwachtte dat het in Keulen donderde.
“Wat moet zo’n man nu met een ligfiets?” Vragend keek Wapse nu naar Krijn en Harms.
Krijn moest er wel om lachen. “ Hé Japie, heb je een glas gerstenat voor ons? Ik zal eens gul doen, van die “Old Soldiersbruin” die ik een tijdje terug heb meegenomen van” Keep them Rolling”. Japie stoof. Daar had hij een beste voorraad van ingeslagen. Via de coureur van het Groene Hart met zijn dikke Willyjeep had hij inderdaad een speciaal biertje weten te bemachtigen. Voor de vaste klanten dan. Hofleverancier Krijn wist dat hjj zo voor een speciaal prijsje zijn avondzakkertje kon aanbieden aan zijn vrienden.

“Proost, Wapse, proost Harms!”. De mannen hieven het glas en dronken alsof ze nooit zoiets lekkers hadden gehad. Na het tuiten van de lippen en het genoeglijk met de tong het verkoelende schuim weglikkend nam Harms het woord. “Weet je, dominee kwam bij me. Eerst schrok ik wel. Dacht, zo, dominee voorbij, dan is het zeker voorbij met….. Nou, gelukkig maar. Mooi niet. Meneer had begrepen dat ik mij nogal eens ruggelings door het Groene Hart spoedde. Of hij ook… enfin, om een lang verhaal maar af te ronden zei ik: dominee: gebruik hem. Zoveel je kunt. Geniet van de mooie schepping, want je zult merken dat de wereld om je heen er heel anders uit gaat zien. Maar denk om het volk. Ze zullen wel zeggen: dominee komt aan als het ‘vliegend evangelie.’
Nou, ik zag hem kijken. “Zou dat dan niet gepast zijn op zo’n ligger” vroeg hij. Ik vertelde hem dat het evangelie best gebracht kon worden met een ligfiets. En ik adviseerde hem om tegen “het volk” te zeggen als hij kommentaar kreeg in de zin van “dominee brengt ze naar de hemel op een ligfiets en snel ook nog” hij moest zeggen: “Mensenkind, wat let je, spring er snel achterop, betere bestemming kan ik niet aanprijzen”.

Verbouwereerd keek Wapse naar Krijn en naar Harms. “Nou Harms, ik vind dit wel wat frivool hoor” bromde Krijn. “Ik vind het maar een waagstuk” waagde nu Wapse uit te brengen.
“Japie, doe de mannen er nog eentje”.
Harms keek ze nog eens aan. “Ach, vrienden, zo’n waagstuk is het niet. Dominee oefent. En Krijn, gelet op de degelijkheid heb ik begrepen dat hij uit dat oogpunt voor een driewieler heeft gekozen. Dus niet meer Hervormd op wieltjes als je begrijpt wat ik bedoel. Nu houdt hij de spieren in conditie om op mijn ligger nog wat kilometers te maken.
En Krijn, Wapse, hij gaat nu gedreven door de groene dreven van het Groene Hart. En weet je, hij heeft volgens mij ook het hart wel op de goede plaats. Straks geen gezwabber meer, maar stuurvast scheurt hij zelfs misschien wel eens langs bij Oosterheem”.

19-07-13

Pagina 35 van 91

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén