Het rampjaar 1672 stond vanavond in het middelpunt van de belangstelling. Belangstellenden waren er ook. En op eenvoudig en deskundige wijze gaf een collega van mij het beste weer van wat zich in dit roerig jaar had afgespeeld. Wij hebben het nu over een crises. Dat was pas een ramp. Niet alleen voor Harmelen trouwens, maar ook voor omliggende steden en dorpen.Boeken zijn er over geschreven. Bij ons kun je die eens lekker lezen. De gruwelijke methode van de Fransen. Kom maar eens lezen in de studiezaal van het rhc Rijnstreek en Lopikerwaard. In Harmelen hielden we er grof van de vierhonderd inwoners zo’n driehonderd over. De gebroeders de Wit kwamen aan hun eind. En hoe. Met plaatmateriaal en al. De voorganger heeft het netjes gebracht. Weinig gelardeerd met gruwelijkheden. Dat zou meer mijn stiel geweest zijn denk ik. Maar vanavond was het even een waardevolle avond over een waardeloos jaar voor onze voorgangers. De waterlinie, de Fransen, de uitvoerige stappen van vaderlandsliefde. Het is mij duidelijk. Wij? Redden eerst ons vege lijf en goederen. En als we dan de moderne (oude) maffiamethode’s moeten toepassen, geld betalen om lijf en goederen veilig te stellen, welnu dan betalen we. En wie het meest heeft heeft de meeste kansen. Dus? De rijken zorgden toen, zoals ook nu, goed voor zichzelf. Er is dus geen nieuws onder de zon.
Wij hebben heel intelligente journalisten. Wordt er gevraagd: hoe is het nu mogelijk dat de Zweden gewonnen hebben van de Nederlanders? Waren ze beter?
Wat een intelligentie. Neen, die druipt er van af. Zou het niet zo zijn dat die Zweden iets meer doelpunten hebben gemaakt dan die Hollanders? Neen, dergelijke vragen moet je stellen aan een paar slimme mannen die voor zo’n antwoord nog centen vangen ook! Kijk, dat is slim
De boeken vliegen soms om de oren. Oorverdovend werkt de koptelefoon. Dat is pas schakelen! Neen, geen scheurijzer, maar programma’s op een mac. Werk ik normaliter met safari, nu geeft firefox me de mogelijkheid gelijktijdig te werken naar uitzendingen via You Tube en kan ik hier overschakelen naar het geschrevene. Geen Willy Jeep. Geen Renault Kangoo of ander voertuig, maar het voertuig van de muziek kan mij brengen in de hoogste versnelling. Onder het ronkend geweld van Joh.Propitius naar de eenzame fietser. Zo iets.Als dat geen schakelen is!
We kennen elkaar niet. We schrijven elkaar met een grote regelmaat. We buigen naar links en naar rechts en hebben achting voor elkaar.
Het rare is dat wat ons bindt ons plaatst op voet van waardering naar elkaar toe. Net of je elkaar al jaren kent. Kenbaar in dat soort situaties is, dat je met elkaar stukken deelt die je met niemand anders deelde. Ik word deelachtig gemaakt met de leef en denkwereld van een plaatselijk historicus en het blijkt me terecht hier even de loftrompet te steken over zijn bereidheid tot het delen van zijn kennis.
Ik geef geen prijzen. Ik deel in zijn genoegen. Tot genoegen.